Geschiedenis

Je bent jong en je wilt wel eens wat meer van de wereld zien dan het buurtschap Darthuizen. Wat doe je dan? Je richt gewoon een toneelvereniging op. Logisch, toch?

Zo ongeveer luidde de redenering van de families Van Os en Achterberg uit Darthuizen. In 1949 hadden zij het er met elkaar over, dat het toch wel leuk zou zijn om eens per jaar met een hele groep een busreisje te maken. Maar ja, dat kostte natuurlijk geld. En zo werd het idee geboren om toneel te gaan spelen. Uit de opbrengst van de voorstellingen zouden dan de reisjes bekostigd kunnen worden.

Eind augustus 1949 werd de Darthuizer Reis- en Toneelvereniging officieel opgericht en de leden dienden met ingang van l september contributie te gaan betalen. Uit het huishoudelijk reglement bleken de bedoelingen van de oprichters overduidelijk:

Artikel l - De vereniging heeft ten doel ieder jaar een reisje te maken.

Artikel 8 - De vereniging heeft naast de reisvereniging ook een toneelvereniging, welke ieder jaar een of twee toneeluitvoeringen geeft.

Om er geen kinderspeelplaats van te maken, werd de minimumleeftijd voor de leden op 16 jaar gesteld. Bij de start meldden zich in totaal 19 personen aan, voornamelijk uit het buurtschap Darthuizen. Als contributie betaalden zij het niet onaanzienlijke bedrag van één gulden per maand. Geld dat vooral gebruikt werd voor het betalen van de zaalhuur, want voor de opbrengst van de voorstelling had men immers een andere bestemming!

Overigens was men wel zo slim om op de programmaboekjes van de toneeluitvoeringen slechts de naam "Darthuizer Toneelvereniging" te drukken. Want het ging de betalende toeschouwers natuurlijk geen snars aan dat de acteurs en actrices van hun centen de wereld wilden gaan verkennen!

De kosten van toneelspelen vielen echter toch wat hoger uit dan verwacht. Uiteraard wilde men de opbrengst uit de kaartverkoop niet aantasten. Dat zou het jaarlijkse uitstapje in gevaar brengen. Daarom werd in 1951 besloten een nieuwe inkomstenbron aan te boren.

Tijdens de pauze van de voorstelling ontstond een nieuwe traditie: Een grote verloting, waarvoor het hooggeëerde publiek lootjes kon kopen.

De winst was puur netto, want ieder lid van de vereniging was verplicht een prijsje voor de loterij in te brengen.